In de afgelopen 25 jaar zijn er 992 Belgen van geslacht veranderd en lieten zich als zodanig in de burgerlijke stand registreren. Dat zijn er 40 per jaar. Niet iedereen zet medische of juridische stappen zodat vermoed wordt dat er een grote verborgen groep is. Onderzoekers beweren dat 8 op de 10 transgenders met suïcidale gedachten rondlopen en dat 4 op de 10 overgaan tot zelfdoding of een poging daartoe.

Arend begon tien jaar geleden zijn transitie van vrouw naar man en zegt hierover: ‘Dat is het hoogste cijfer onder alle groepen binnen onze samenleving.’ Over zichzelf zegt hij: ‘Ik voelde onbewust dat er iets niet klopte in mijn leven. Er was dat onbehaaglijk gevoel. Ik was er, maar ik was er ook niet: ik deed mijn ding zonder veel levensvreugde. Mijn twijfels en angsten brachten me uiteindelijk aan de rand van zelfmoord. Waarom? Omdat transgender zijn je identiteit bepaalt en de basis van je zijn raakt. Het gevoel dat er iets met je aan de hand is, zit er bij zoveel transgenders van kindsbeen af aan ingebakken en dat krijg je er met geen enkele operatie uit.’

Julie Vallé is Chef magazine van het weekblad ‘Sjiek’ en heeft drie transgenders geïnterviewd waaronder Arend. Zij zegt: ‘Hoe ongelukkig moet een mens zijn om te kiezen voor zo’n ingrijpende, emotionele en complexe transformatie? Hoe voelt het om als man gevangen te zitten in een vrouwenlichaam of andersom?’ Uit de vele getuigenissen van transgenders die ik heb doorgenomen, komt steeds een vast stramien naar voren. Al op jonge leeftijd van 8 à 9 jaar of tijdens de puberteit heeft men het gevoel dat men niet in het juiste lichaam zit en dat er geleidelijk aan, maar steeds intenser, naar verlangd wordt om tot het andere geslacht te behoren.

 

Na vijftig jaar de knoop pas doorgehakt

TV-journalist Boudewijn Van Spilbeeck is 58 jaar en heeft onlangs beslist om voortaan als vrouw door het leven te gaan. Al 50 jaar kampte hij met dit probleem en leefde een dubbelleven zoals hij/zijzelf zegt: ‘Intussen kom ik al een kwart eeuw buiten als vrouw die ik ben.’ Van Spilbeeck die zich nu Bo noemt zegt: ‘In mijn puberteit ben ik mij anders beginnen te kleden.’ Hij brengt zijn transitie met veel euforie over op het scherm en in de media omdat hij als publieke persoon deze dubbele rol nu niet meer hoeft te spelen. Transgender zijn wordt door de media nog te veel als een vrije keuze of een persoonlijke levensstijl omschreven, iets dat behoort bij het vrijheidsgevoel in onze samenleving waarin alles kan en mag. De maatschappelijke aanvaarding is enorm verbeterd, men kan over dit onderwerp praten en er is nauwelijks discriminatie. De nodige juridische stappen zijn gezet en de moderne chirurgie maakt het mogelijk. Toch beweren veel transgenders dat de medische ingreep nog niet ver genoeg gaat wat vaak voor complicaties zorgt. Dat is de reden waarom niet alle transgenders voor een geslachtsoperatie kiezen. De wetgeving is sinds enkele jaren hierop aangepast zodat men zich ook zonder operatie kan laten registreren.

 

Oorzaak

Wie zich verdiept in transgenders komt snel tot de vaststelling dat alle aandacht gaat naar maatschappelijke aanvaarding, juridische en medische aspecten. Wij krijgen daardoor een verkeerd beeld dat schril afsteekt tegen de getuigenissen die dit wel degelijk als een ernstig probleem ervaren, zowel vóór als ná hun transitie. Over de mogelijke oorzaak wordt nooit gesproken. Het is wenselijk dat onderzoekers zich daarop richten. Is er iets misgelopen op fysiek, hormonaal of neurologisch vlak of gaat het om een psychisch probleem? Uit de vele getuigenissen leiden we af dat zich bij hen als kind al gedragsproblemen voordeden. Sofia werd op haar 22ste vrouw en zegt: ‘Als kind was ik altijd beschaamd: ik durfde amper buiten te komen, verstopte mijn lichaam. Ik geloofde dat ik eigenlijk al een meisje was sinds mijn geboorte.’ Zij zegt wat we al vaker gehoord hebben: ‘Veel transgenders willen de perfecte man of vrouw worden, maar die bestaat niet.’ Ondanks het begrip dat er door de samenleving getoond wordt, zegt Bo Van Spilbeeck: ‘En toch blijft er heel veel depressie en zelfdoding bij transgenders.’ Dylano is 19 en is van meisje jongen geworden. Hij zegt: ‘Het proces dat wij transgenders ondergaan is veel langer dan even opereren en klaar.’ Zolang men geen inzicht heeft in de oorzaak geraakt men geen stap verder.

 

Is geslachtsverandering de juiste oplossing?

Prof. Dr. Petra De Sutter, een vermaard gynaecoloog en gespecialiseerd in vruchtbaarheidsonderzoek aan het UZ in Gent is zelf transgender en zegt dat de geslachtsverandering vrij beperkt is. Het gebruik van hormonen zorgt voor uiterlijke geslachtskenmerken zolang men ze neemt. Een hormonenbehandeling is niet zo prettig en zorgt voor stemmingswisseling. Bij een vrouw die man wil worden nemen de borsten bij een dergelijke behandeling wel af, maar onvoldoende zodat er bijna altijd gekozen wordt voor een borstamputatie. Bij een man die vrouw wil worden, ontstaan borsten, maar er volgt achteraf meestal een borstvergroting. Het grote probleem is dat al deze ingrepen niet zorgen voor een vrouwelijke of mannelijke identiteit omdat die bij de conceptie wordt bepaald en in het DNA ligt opgesloten. Een man wordt geen vrouw door zich als vrouw te verkleden, een pruik op te zetten of op hoge hakken te lopen. Dat is cultureel gebonden en heeft geen biologische consequenties.

Volgens Prof. De Sutter verandert bijvoorbeeld de partnervoorkeur niet. Zij koos na haar transitie voor een vrouwelijke partner omdat zij voordien als man gehuwd was met een vrouw en vader van een zoon is. We zien dit bij de meeste transgenders. In de medische wereld spreekt men van ‘genderidentiteitsproblemen’ maar het onderzoek is nog onvoldoende om conclusies te trekken, symptomen te omschrijven of behandelingen voor te stellen. Volgens sommige hersenonderzoekers zou het mogelijk kunnen zijn dat er in het hersenweefsel een omkering heeft plaatsgevonden van geslachtsverschillen. Deze omkering zou dan de oorzaak zijn dat men zijn geslacht niet accepteert. De huidige behandelmethodes zijn onvoldoende. Met uitzondering van de geslachtsorganen hebben mannen en vrouwen dezelfde organen en toch zijn ze verschillend. Uiteraard zijn er ook gelijkenissen. In de geneeskunde stelt men vast dat vrouwen andere medicijnen en behandelingen nodig hebben dan mannen of omgekeerd. Men spreekt tegenwoordig over ‘gendergeneeskunde’. Dr. Marek Glezerman zegt: ‘Gendergeneeskundig onderzoek beoogt het functioneren van lichaamssystemen van mannen en van vrouwen en de verschillen daartussen.’ Een vrouw die man wordt behoudt al de specifieke kenmerken en eigenschappen van al haar organen. Vrouwelijke hersenen verschillen op het vlak van verwerking, chemie, structuur en activiteit van die van mannen of omgekeerd. De neuronale distributie en het gebruik van verschillende hormonen leiden tot een eigen werkelijkheid bij vrouwen. Bij een transitie verandert er niet zoveel. Arend zegt: ‘Na tien jaar kan ik eerlijk toegeven dat ik mijn transitie in twijfel durf te trekken.’ Waarschijnlijk hebben transgenders te grote verwachtingen en wordt hen niet gezegd dat de medische ingrepen geen wezenlijke veranderingen brengen. Een man die vrouw wordt, behoudt zijn stevige mannelijke constitutie, zijn krachtig spierweefsel, het mannelijk brein en temperament. Het genderidentiteitsprobleem is bijzonder complex en vraagt dringend uitgebreid nieuw onderzoek. Misschien moet men voor een andere aanpak kiezen.