Jarenlang en nu nog wordt er een strijd gevoerd tegen voedingsvetten, want gezonde voeding betekent voor de consument een vetarme voeding. Niet alleen de consument, maar zelfs heel wat voedingsdeskundigen en diëtisten maken geen verschil tussen dierlijk en plantaardig vet. Voor hen is vet altijd ongezond, levert veel calorieën en moet beperkt blijven. Dat is een fundamentele denkfout. Hetzelfde gebeurt er met suiker, want suiker is volgens hen altijd slecht. Men maakt geen onderscheid tussen natuurlijke suiker en industriesuiker die uit riet of biet geïsoleerd is en alleen maar suiker bevat zonder begeleide stoffen. Natuurlijke suiker is het voedsel van de hersenen, de zenuwen en de spieren en is van levensbelang. Het gebruik van toegevoegde suikers moet vermeden worden, dat is logisch, terwijl natuurlijke suiker uit voedingsmiddelen meer aandacht moet krijgen. Terwijl vet en suiker (koolhydraat) onterecht op de zwarte lijst staan, blijft alleen eiwit nog over, want er zijn maar drie voedingsstoffen (E, V, Kh.). Eiwit krijgt nu enorm veel aandacht. Gelukkig wordt er gewezen op het gevaar van dierlijk eiwit, maar een teveel aan eiwit is altijd verkeerd en gevaarlijk. Eiwitrijke drankjes zijn in, ze worden massaal gebruik om af te slanken, bij fitness en sportbeoefenaars. Het is allemaal plantaardig en toch niet zonder gevaar.

 

Teveel eiwit is schadelijk

Prof. Dr. Valter Longo van de universiteit van South California zegt: ‘Het risico op kanker neemt met 400% toe als je dagelijkse voedingsinname uit meer dan 20% eiwit bestaat.’ Dat kan overdreven klinken, maar er zit wel een gegronde waarschuwing in. We hebben het al eerder gehad over de dagelijkse behoefte aan eiwit die erg moeilijk is te bepalen omdat zoveel factoren daar invloed op hebben. Er is een vaste regel: overdrijf niet met eiwitrijke voedingsmiddelen. Het gaat vooral om de verhouding tussen eiwit, vet en koolhydraat. Al jaren passen we, rekeninghoudend met de verteringsfysiologie en de stofwisseling van de mens, met succes de volgende verhouding aan:

 

1 deel eiwit

1 à 2 delen vet

5 à 7 delen koolhydraat

 

Als we kiezen voor een vleesloze voeding, waarin een deel rauw wordt gegeten en met toepassing van voedingsregels, gaan we er vanuit dat 50 gram eiwit per dag meer dan voldoende is bij een voedingspatroon van ongeveer 2.000 à 2.500 Kcal. Dit is echter een theoretisch gegeven, maar wel een richtlijn om het eiwit te beperken. Prof. Dr. Valter Longo gaat er vanuit dat 10% een aanvaardbare hoeveelheid is. Hij pleit eigenlijk voor een halvering van het huidig eiwitgebruik.

 

Plantaardig eiwit

Plantaardig eiwit dat via een voedingsmiddel wordt aangereikt is altijd goed, hoewel men niet mag overdrijven. Plantaardig eiwit dat door een voedingsproduct wordt geleverd, is door zijn thermische en industriële verwerking minder van kwaliteit. De lange houdbaarheid doet de kwaliteit afnemen. Peulvruchten zijn bijzonder rijk aan eiwit, maar arm aan vet en bevatten bovendien vrij veel zetmeel (koolhydraat) waardoor de vertering bijzonder moeilijk verloopt. Peulvruchten zorgen voor darmgassen met opgezette buik en bemoeilijken de stoelgang. Vandaar dat peulvruchten matig worden aanbevolen. Bij de overschakeling op een vleesloze voeding hebben beginnende vegetariërs de neiging veel peulvruchten te eten uit angst voor een tekort aan eiwit, maar dat is niet gegrond. Men loopt nog altijd met het idee rond dat vlees moet vervangen worden, maar dat is niet zo. Vleesvervangers zijn trouwens overbodig. Soja is een peulvrucht die 37% eiwit en 24% plantaardig vet bevat, een erg mooie verhouding E/V. Zoals alle peulvruchten bevat soja echter zetmeel (23%). Dit is aanzienlijk minder dan bij andere peulvruchten, maar voldoende om voor gisting in de darmen te zorgen. Tofu is een bewerkte vorm van soja, bevat slechts 8% eiwit en 4% vet en slechts 0,5% zetmeel (koolhydraat) en is daardoor licht verteerbaar. Soja wordt verwerkt tot allerlei namaakvoeding zoals vleesvervangers, sojaworstjes, sojamelk, sojakaas enz. Het zijn de meest geïndustrialiseerde voedingsproducten en horen niet thuis in een gezond voedingspatroon. Groenten behoren tot de groep van voedingsmiddelen met een laag gehalte aan eiwit en dit varieert van 1 tot 4%. Als men dagelijks groente eet, mag men de hoeveel eiwit die men binnenkrijgt niet onderschatten. Groenten bevatten weinig vet, maar dat kan gecompenseerd worden met plantaardige olie. Noten, zaden en pitten zijn bijzonder rijk aan eiwit en plantaardig vet. Ze worden gezien als de beste vorm van plantaardig eiwit.

 

Melkeiwit

Melkeiwit is geen weefseleiwit en is daarom niet vergelijkbaar met dierlijk eiwit zoals vlees of vis. Melk is het voedsel voor het jonge dier omdat het verteringsstelsel nog niet volgroeid is om vast voedsel te verteren en is daardoor licht verteerbaar. 100 gram koemelk bevat 3,3 gram eiwit en 3,5 gram vet wat een goede eiwit/vetverhouding is. Vooral het melkeiwit in kwark, yoghurt en kefir is licht verteerbaar en daardoor waardevol. Een potje yoghurt levert 5,25 gram eiwit, dat is 10 à 11% van de dagelijkse behoefte. Dat geldt evenzeer voor verse kazen (Cottage cheese, dubbele roomkas, Feta) en voor zachte kazen. De harde kazen zijn bijzonder rijk aan eiwit en vet, maar door hun hoge concentratie zijn ze zwaar verteerbaar. Deze kazen zal men in kleine hoeveelheden gebruiken. Het ei is eveneens een goede bron van eiwit (13% eiwit en 12% vet). Een eitje levert al 7 gram eiwit.

 

Eiwitshake

Eiwitshakes zijn razend populair om af te vallen, bij de fitness en bij het beoefenen van sport. De aminozuren herstellen beschadigd spierweefsel en zorgen voor spiergroei. Het gaat om een wit poeder op basis van melkwei dat in water wordt opgelost. Om de houdbaarheid te verzekeren en om de smaak aantrekkelijk te houden worden er bewaringsmiddelen, geraffineerde suiker, synthetische zoetstoffen, genetisch gemanipuleerde soja, kleur-, geur- en smaakstoffen aan toegevoegd. Verder inferieure eiwitten, o.a. van gelatine en andere afvalstoffen. Men beveelt 2 à 2,5 gram eiwit per dag per kilo lichaamsgewicht aan, terwijl 0,8 gram al aan de hoge kant is. Het is onbegrijpelijk dat dergelijke praktijken zijn toegestaan.

 

Een tekort aan eiwit komt in Europa zelden voor, men lijdt eerder aan een te veel aan dierlijk eiwit. We hebben geen eiwitrijke wormen of insecten nodig, noch lupine (38% eiwit), soja of andere dure gewassen en zeker geen eiwitshake. Kies voor een vleesloze voeding of beperk in ieder geval zoveel mogelijk dierlijk voedsel zoals vlees en vis. Dat is goed voor uw gezondheid, minder dierenleed en beter voor het milieu.

Wenst u zich te verdiepen in de gezonde en natuurlijke voedingsleer, volg de open cursus ‘Vitaal door voeding’ of ‘Voedingspraktijk’, zie www.europeseacademie.be