• Hitler had een hekel aan mensen met een beperking en aan psychiatrische patiënten. Toch werden ze niet naar de gasovens afgevoerd. De Directeur van het psychiatrisch ziekenhuis bedacht een doeltreffende methode. Hij liet soep driemaal koken zodat er geen voedingsstoffen meer aanwezig waren. De nietsvermoedende patiënten genoten van de soep, vermagerden snel en stierven een hongerdood. Uit dit luguber verhaal trekken we lessen, want de soep van Hitler staat nu nog vaak op het menu.


Gekookt voedsel
Als we zien hoe mensen met voedsel omgaan, dan is het niet vreemd dat de soep van Hitler of gelijkaardige gerechten nog regelmatig in menig gezin op het dagelijks menu staan. Door voedsel te koken, te braden of te stoven is er een verlies aan voedingswaarden en verloopt de vertering anders en daalt het verteringsrendement met 50%. Door gekookt voedsel na afkoeling opnieuw op te warmen, daalt de waarde tot ongeveer 25% en bij een derde opwarming blijft er niets meer over. Laat u niet misleiden door voedingsmiddelentabellen die een gering verlies aangeven, het gaat niet om de voedingswaarde, maar om het verteringsrendement. Verteren van voedsel is een enzymatisch proces en enzymen kunnen niet tegen warmte boven de 40 °C. Het grootste verlies gebeurt dus tijdens de vertering. Niemand staat hierbij stil want bijna iedereen doet dat. Er zijn veel mensen die soep of gekookte gerechten invriezen om ze op het gewenste moment te ontdooien en opnieuw op te warmen. Dit overschot wordt meestal de dag nadien nog eens opgewarmd. Men is snel aan drie warmtebehandelingen. We stellen u gerust, u gaat daar niet dood van omdat u gevarieerd eet en er een verschil is tussen koken en opwarmen. Opwarmen duurt minder lang en gebeurt op een lagere temperatuur, hoewel men snel het kookpunt van 100 °C bereikt. In de voedingsfabrieken worden voedingsproducten eerst thermisch behandeld en nadien in de eigen keuken weer opgewarmd, terwijl restjes meestal een tweede opwarmbeurt krijgen. We moeten bewuster omgaan met bereiding- en bewaartechnieken en naast gekookt voedsel oog hebben voor verse voedingsmiddelen die we rauw en onbewerkt kunnen eten.

Een lange geschiedenis
Voedsel wordt nog steeds vereenzelvigd met kokende en dampende potten zoals de gastronomie, de kookprogramma’s en kookboeken dit bevestigen. We eten al gekookt voedsel sinds de oertijd toen de mens nog jager-verzamelaar was. Bij de ontwikkeling van de landbouw, tienduizend jaar geleden, werden de granen het belangrijkste voedingsmiddel en zijn dit op wereldvlak nog steeds. Waarom is de mens als enig levend wezen overgeschakeld op gekookt voedsel? Het antwoord is eenvoudig, uit noodzaak om te overleven. Omdat dit soort voedsel niet voor ons verteringsstelsel bestemd is, zijn allerlei bewerkingen nodig. Vlees wordt gekookt, gebraden of gebakken om de rottingsbacteriën, die eigen zijn aan vlees, te vernietigen en om de vezelachtige structuur te verzachten zodat het min of meer verteerbaar wordt. De graankorrel kunnen we malen tot meel om er brood en andere graangerechten mee te bereiden. Dit is nodig omdat we anders het zetmeel niet kunnen verteren. Door de warmte wordt de structuur geopend en neemt zetmeel water op en zwelt. Daardoor wordt het verteerbaar en wordt het omgezet in dubbele en nadien in enkelvoudige suikers. Peulvruchten zijn rauw giftig en moeten altijd gekookt worden. Het is vreemd dat de mens zich nog altijd in een overlevingsmodus bevindt, terwijl er een overvloed is aan voedsel dat wel overeenstemt met ons verteringsstelsel en dat we rauw en onbewerkt kunnen eten. We hebben er minder van nodig, het levert vitale stoffen op en alles wat we nodig hebben om gezond te zijn. Ons verteringsstelsel heeft zich nog steeds niet aangepast aan gekookt voedsel. Gekookt voedsel zit helaas diep in onze voedselcultuur verankerd en zal er nog heel lang deel van uitmaken.

De kracht van rauwkostvoeding
Jarenlang heb ik kankerpatiënten behandeld met een rauwkostdieet, aanvullend op hun oncologische behandeling. Deze patiënten aten twee fruitmaaltijden en een groentemaaltijd met een vinaigrette of mayonaise, yoghurt, noten, zaden, honing en stuifmeel. Na een aanpassingsperiode schakelden ze helemaal over. Aanvankelijk aten ze opvallend grote hoeveelheden, maar zodra het verteringsstelsel zich aanpaste, aten ze ongeveer nog een derde van vroeger. Ze voelden zich ondanks hun ziekte vitaler dan voorheen. Talrijke oncologen waren verrast dat de kwaliteit van het bloed in enkele weken tijd opvallend verbeterde. Een hematoloog van het Academisch Ziekenhuis van Antwerpen vertelde me dat hij aan het bloedonderzoek kon zien wie mijn dieet volgde. Bij meer dan duizend kankerpatiënten heb ik de kracht van rauwkostvoeding kunnen vaststellen. Op het ogenblik dat de oncologische behandeling werd stopgezet wegens gunstige vooruitzichten, stopten ze eveneens met het rauwkostdieet. Het verlangen naar gekookt voedsel was bij iedereen erg groot. Ze schakelden over op een combinatie van rauw en gekookt voedsel en dat zou iedereen moeten doen.

Een gezond voedingspatroon
Het is echt niet moeilijk om bewust om te gaan met gezond voedsel. Een groot aantal begint de dag met een fruitontbijt of laten heel het jaar door het middagmaal vooraf gaan door een rauwkostsalade. Gekookte of gestoofde groentegerechten smaken heerlijk in combinatie met rauwe voeding. Ook in de gastronomie krijgt rauwe voeding steeds meer aandacht. Rauw voedsel verteert veel beter en zorgt voor een gebonden stoelgang. Alleen met bladgroenten moeten we voorzichtig zijn. Snij ze op het bord fijn en vermeng ze met een vinaigrette of mayonaise. Door de aanwezigheid van vet blijft het voedsel langer in de maag en verteert het beter. De meeste groenten, met uitzondering van peulvruchten, aardappels, aubergine, artisjok en enkele andere, kunnen we rauw eten. Gefermenteerde groenten zoals zuurkool of groenten die in melkzuur zijn opgelegd, verteren extra goed en versterken de darmflora. Recent onderzoek toont aan dat kaas, zowel zachte als harde kaas, rijk is aan bacteriën die de darmflora helpen opbouwen. Wees matig met harde kaas omdat die sterk geconcentreerd is en cholesterol bevat. Champignons of asperges kunnen we rauw eten, maar de meeste mensen geven de voorkeur aan de gekookte vorm. Fruit wordt altijd rauw gegeten. Gekookt fruit in de vorm van compote, gelei, jam of confituur is waardeloos voedsel. Noten, zaden en pitten zijn geconcentreerde voedingsmiddelen met bijzonder goede eigenschappen. Verse sappen en koud geperste olie behoren eveneens tot de rauwkostvoeding. Geef rauwkost een kans in uw voedingspatroon, maar hou er rekening mee dat uw verteringsstelsel zich moet aanpassen. Schakelt daarom rauwe voeding in kleine hoeveelheden in en vergroot geleidelijk aan de hoeveelheden. U merkt meteen dat u vitaler bent.