Een klacht van vooral het aardetype

 

Hyperventilatie is geen ziekte maar een angst- of spanningssyndroom dat vooral het aardetype bedreigt. Het aardetype is steeds op zoek naar zekerheid en naar perfectionisme en leeft daardoor veel meer met angsten en spanningen. Uiteraard kan iedereen er aan lijden, maar het aardetype loopt een veel groter risico. Hyperventilatie betekent letterlijk ‘overademen’.

 

Hyperventilatie is te snel en te diep ademhalen met benauwdheid en hartkloppingen als gevolg. Het te diep in- en uitademen is een fysieke paniekreactie die ontstaat tijdens een stresstoestand.  Bij stress komt het lichaam in staat van paraatheid en worden een aantal fysische mechanismen, onder invloed van het sympaticus en stresshormonen, versnelt. Deze versnelde werking is nodig om de bedreiging af te slaan of er voor te vluchten. Bij hyperventilatie slaan deze mechanismen op hol en ontstaat er een fysieke chaos. Omdat men tijdens een aanval de indruk krijgt zich in een levensbedreigende situatie te bevinden, ontstaan er vaak doodsangsten. Klamme handen, bevingen, vermoeidheid, spierpijnen, darmkrampen, door de benen zakken en nog vele andere nare gevoelens treden dan op. Hyperventilatie is een goed voorbeeld van een functiestoornis.

 

Het aardetype is hier vanuit zijn overbezorgdheid extra vatbaar voor. Het luchttype is het meest nerveuze type, maar weet gemakkelijker met zijn stress om te gaan. Het aardetype echter stelt te hoge eisen aan het leven die hij niet altijd kan waar maken. Dit type loopt voortdurend op de toppen van de tenen, legt de lat erg hoog en leeft constant onder druk. Dat geeft een extra gevoel van onzekerheid. Lang wachten aan de kassa in de supermarkt brengt de planning in de war en ook dat zorgt voor stress. Het aardetype leeft in een vicieuze cirkel en geraakt daar niet uit. Een aanval van hyperventilatie is een poging deze vicieuze cirkel te doorbreken. Helaas trekken zij daar geen lessen uit.

 

Hyperventilatie is geen ziekte waarmee men moet leren leven, het is een syndroom dat de persoon zelf moet aanpakken, eventueel met behulp van een therapeut. De therapeut heeft voornamelijk een begeleidende taak. Het gebruik van chemische of biologische medicijnen heeft daar weinig invloed op. In een zakje blazen is zinvol tijdens een acute aanval, maar is geen therapie. De patiënt moet zich ervan bewust worden dat zijn klacht te maken heeft met zijn persoonlijkheid. Hij moet anders leren omgaan met zijn temperament. Daarom moet hij leren relativeren, het leven wat luchtiger opnemen en voor voldoende ontspanning zorgen. Het zo ordelijke aardetype moet zijn leven herstructureren door risico’s te durven nemen, door angsten te bestrijden en panieksituaties te voorkomen. Het is echter niet zo eenvoudig om een natuurlijke aanleg om te buigen. Daarom doet men beroep op de andere elementen die eveneens in het temperament aanwezig zijn. Het stimuleren van het element lucht brengt hier een goede oplossing. Een therapeut die vertrouwd is met de natuurgeneeskunde kan hier goede diensten bewijzen.

 

Hoewel werken aan zichzelf de meest doeltreffende methode is bij het behandelen van hyperventilatie, is meestal therapeutische hulp noodzakelijk. Relaxatietherapie in combinatie met ademhalingsoefeningen, zoals Biorelaxatie, is de meest aanbevolen behandeling. Men wordt er rustig van en leert de ademhaling weer spontaan gebruiken. De ademhaling geraakt meestal verstoord door spierspanningen, vandaar dat het toepassen van Dermasegmentale reflexologie (DSR) de relaxatie moet vooraf gaan of er mee worden gecombineerd. Hierbij besteedt men voldoende aandacht aan het middenrif dat reflectorisch en segmentaal terug te vinden is in C2-C4, vooral naar de schouders toe bevinden zich zowel links als rechts twee maximaalzones, waar het middenrif een sterkere reflectie vertoont dan in de rest van de segmenten. Buik- en flankademhaling zijn onmisbaar om hyperventilatie te overwinnen. Hyperventilatie is een veel voorkomende klacht die hoort bij deze jachtige wereld. Zij kan therapeutisch ondersteund worden, maar doorslaggevend is de eigen inzet. Werken aan zichzelf is ook hier de boodschap.