In de voedingsleer is eiwit altijd een omstreden onderwerp geweest. Eerst was er de angst voor een tekort, later voor een teveel aan eiwit. Op dit ogenblik gaat veel aandacht naar de nadelen van dierlijk eiwit, vandaar een groeiende belangstelling voor de plantaardige variant. Decennialang leefde er de mythe dat dierlijk eiwit, afkomstig van vlees, het meest ideale eiwit is omdat het overeenstemt met het menselijk eiwit. Dat is een onwetenschappelijk standpunt dat meer dan vijftig jaar heeft standgehouden en vermoedelijk op vooringenomenheid berust ten voordele van de vleesindustrie.

Het eiwit van rundvlees bevat alle belangrijke aminozuren en is daardoor een hoogwaardig eiwit, maar dat betekent niet dat dit voor de mens een ideaal voedings-eiwit is. Het rund is een herbivoor en voedt zich uitsluitend met plantaardig eiwit, m.a.w. het plantaardig eiwit wordt via de stofwisseling omgezet in dierlijk eiwit. Alleen carnivoren zetten dierlijk voedingseiwit om in dierlijk weefseleiwit. Zij beschikken over een specifiek verteringsstelsel en gespecialiseerde stofwisseling, waardoor dit mogelijk is. Zij beschikken over een kort, glad darmstelsel om de darminhoud snel te laten passeren terwijl hun lever een veel grotere capaciteit bezit om te ontgiften dan de herbivoren, granivoren of fructivoren. Daardoor worden de homotoxines sneller uit het lichaam gedreven of geneutraliseerd. Het verteringsstelsel van de mens heeft geen enkel eigenschap of kernmerk van een carnivoor. Wetenschappelijk onderzoek toont aan dat het menselijk verteringsstelsel geheel overeenstemt met dit van de fructivoren, een groep primaten. Net als de herbivoren beschikt de mens over het vermogen om plantaardig eiwit om te zetten tot lichaamseigen eiwit, dus dierlijk eiwit.

Een hoogwaardig lichaamseigen eiwit kan alleen verkregen worden door het gebruik van plantaardig voedingseiwit. Het is niet vreemd dat de WHO en andere betrouwbare gezondheidsinstituten voorkeur geven aan plantaardig eiwit.

 

De dagelijkse behoefte aan eiwit

Het is het belangrijk dat we het eiwitverhaal anders bekijken. Voedingsdeskundigen hebben de neiging om in hoeveelheden te denken. Als men het over plantaardig eiwit heeft, wordt meteen alle aandacht gevestigd op de peulvruchten. Ze zijn inderdaad rijk aan eiwit, maar moeilijk verteerbaar. We moeten ons niet blindstaren op de hoeveelheid, maar eerder op de verteerbaarheid. Licht verteerbare voedingsmiddelen geven hun eiwitten gemakkelijker vrij en laten minder homotoxines achter. Verder moeten we beseffen dat alle voedingsmiddelen eiwit bevatten. De eiwitarme voedingsmiddelen bezitten een laag percentage, maar ze worden meestal in grote hoeveelheden gegeten. Ze vertegenwoordigen soms 15 à 30 % van de dagelijkse behoefte, wat niet onderschat mag worden. Na jarenlange discussie weet men nog steeds niet hoeveel eiwit een mens per dag nodig heeft. Men gaat er vanuit dat 1 gram per lichaamsgewicht absoluut te veel is. De meeste voedingsinstituten houden het voorzichtigheidshalve op 0,8 gram per kilogram lichaamsgewicht per dag. Met een lichaamsgewicht van 70 kg heeft men 56 gram eiwit per dag nodig.

 

Een theoretische benadering

Dit is een louter theoretische benadering waarbij men geen rekening houdt met de samenstelling van de aminozuren, noch een onderscheid maakt tussen dierlijk en plantaardig eiwit, noch tussen gekookt en rauw voedsel. Er wordt geen rekening gehouden met eiwit dat geleverd wordt door eiwitarme voedingsmiddelen of andere factoren die een rol spelen bij het bepalen van de dagelijkse behoefte zoals de kwaliteit van het verteringsstelsel en de stofwisseling, het toepassen van voedingsregels, de fysieke inspanningen die men levert, klimatologische invloeden enz. Bovendien is er niemand die naast zijn bord een weegschaaltje, een rekenmachine en een voedingsmiddelentabel heeft liggen, m.a.w. niemand weet hoeveel gram eiwit men per dag eet. Bovendien eten we niet alleen eiwit, maar voedingsmiddelen die naast eiwit ook vet en koolhydraat bevatten. De onderlinge verhouding van deze drie voedingsstoffen zijn doorslaggevend. De hulpstoffen zoals vitaminen, mineralen, enzymen, ballaststoffen, water enz. spelen eveneens een rol bij de vertering, de absorptie en stofwisseling en zijn medebepalend voor de juiste behoefte aan eiwit, vet en koolhydraat. Door rekening te houden met meerdere factoren wordt er eerder gepleit voor 0,5 gram per kilogram lichaamsgewicht per dag als richtlijn. Laten we niet vergeten dat het lichaam zelf signalen uitzendt om de behoefte aan nutriënten te regelen, maar niemand luistert naar zijn lichaam.

 

Eiwit en vet

Wie over een elementaire kennis van de voedingsleer beschikt, weet dat voedingsmiddelen die veel eiwit bevatten eveneens rijk zijn aan vet zoals vlees, gevogelte, noten, zaden, kaas enz. Er is een voedingsfysiologisch verband tussen eiwit en vet zoals er een verband is tussen koolhydraat en water. Koolhydraatrijke voedingsmiddelen bevatten veel water zoals fruit, bessen, watervruchten, groente, wortel-, knol- en bolgewassen. Granen maken daarop een uitzondering, maar bij de bereidingen wordt er vrij veel water toegevoegd. De voedingsfysiologie leert ons dat eiwit moeilijk verteerbaar is en daarom langer in de maag moet blijven om de werking van het eiwitafbrekend enzym pepsine te garanderen. Vet heeft de eigenschap de maagwerking te vertragen, vandaar dit fysiologisch verband. Al jaren pleit men voor een beperking van dierlijke vetten (harde vetten) omwille van zijn negatieve invloed op hart- en vaatziekten, kanker, obesitas en andere ernstige aandoeningen. Omdat dierlijk eiwit gekoppeld is aan dierlijk vet krijgt men te veel dierlijk vet binnen. De voedingsindustrie vermindert daarom het vetgehalte in talrijke voedingsproducten terwijl de hoeveelheid eiwit onveranderd blijft waardoor de verhouding eiwit-vet verstoord is zoals bij lightproducten. Bij het eten van vetarme producten blijft het voedsel niet lang genoeg in de maag en wordt het eiwit onvoldoende afgebroken, zorgt voor een belasting van de nieren en extra afvalstoffen. Door de voorkeur te geven aan plantaardig eiwit, krijgt men plantaardig vet binnen, wat erg gezond is. Vandaar het grote voordeel om voor plantaardig eiwit te kiezen.

 

Dierlijk, plantaardig en melkeiwit!

Wij delen de eiwitten in drie groepen in: dierlijk, plantaardig en melkeiwit. Veganisten gebruiken geen melkeiwit en beperken zich tot plantaardig eiwit, dat is op zich geen probleem bij een uitgebalanceerd voedingspatroon. Over de praktische toepassingen van eiwit binnen de dagelijkse voeding gaat een volgend artikel.

 

Uitkijken naar het volgend artikel.

‘Eiwit, in de dagelijkse voeding’ is het onderwerp van het volgend artikel. Daarin gaan we in op de praktische aspecten van het eiwit in een gezond voedingspatroon. Verder besteden we aandacht aan het misbruik van plantaardig eiwit en de waanzinnige theorieën over allerlei eiwitrijke drankjes om af te slanken, bij fitness en sportbeoefening.