Nu de verbijstering en de boosheid over het bloedbad in Parijs langzaam wegebt, komt het moment van bezinning aan. De wereld is wakker geschud en iedereen beseft dat het zo niet verder kan. We willen in vrede en vriendschap leven en niet in een voortdurende angst van terreurbedreiging. Het is jammer dat er eerst twintig mensen moeten sterven voor men zich bewust wordt dat het anders moet. Het is een complex probleem dat niet in enkele woorden is uit te leggen. Daarom beperken we ons tot enkele bedenkingen.

 

De diepere oorzaak

De diepere oorzaak moeten we zoeken in het te lang uitblijven van een degelijk integratiebeleid. In de jaren zestig van de vorige eeuw, toen de economie een absolute bloei kende, werden miljoenen moslims uit Turkije en Marokko als gastarbeiders, zoals ze toen werden genoemd, aangetrokken. Ze werden meteen in het productieproces ingeschakeld want ze hadden alleen een economisch doel. Pas toen de problemen zich opstapelden en extreem rechtse partijen de alarmklok luidden, hebben politici en sociologen een integratiebeleid in elkaar geknutseld. Nu zegt men in heel Europa dat de multiculturele samenleving is mislukt. Integratie betekent zichzelf blijven binnen een andere leefwereld en zich geleidelijk daar bij aanpassen. Daar heeft men drie generaties voor nodig. Een aantal jongeren zijn de binding met hun cultuur verloren terwijl ze niet of onvoldoende deelnemen aan de Westerse samenleving. Er niet bijhoren, hun weg niet kunnen vinden, drijft hen vaak naar drugs en de werkloosheid naar criminaliteit. Radicalisering is voor hen vaak een poging om zin aan hun leven te geven, helaas in negatieve zin. Europa staat voor een gigantisch probleem dat niet zo maar is op te lossen met strenge regels. De economische crisis en de digitalisering zijn niet bevorderend om jobs te creëren. Er is te weinig geld om een verloren generatie op te vangen en op het goede spoor te zetten.

 

Verwarring tussen Islam en het fundamentalisme

De media heeft de grote fout begaan door geen duidelijk onderscheid te maken tussen de Islam en het fundamentalisme. Als er ergens een aanslag wordt gepleegd, spreekt men meteen over Moslimterreur. Geradicaliseerde jongeren en hun leiders maken misbruik van de Islam om hun terreurdaden te verantwoorden. De Moslimgemeenschap heeft iedere vorm van misdaad altijd veroordeeld, maar toch begrip getoond voor hun geloofsgenoten die door de Westerse samenleving op het slechte pad zijn geraakt. In de kern is deze geweldpleging een roep om hulp terwijl het Westen deze boodschap niet begrijpt. Nu hebben we zowel in Parijs als elders gezien dat de Moslims smeken om een einde te maken aan deze verwarring. Men mag nooit geweldpleging relativeren of er begrip voor tonen, ook al ligt de oorzaak elders. Sinds de bloedige aanslag in Parijs heeft de Moslimgemeenschap zich gedistantieerd van het geweld en openlijk toegegeven dat mensen die doden geen Moslim kunnen zijn. De Iman in Brussel pleit nu voor meer Moslimvrouwen in het onderwijs en andere vormende beroepen en voor meer verdraagzaamheid tegenover andersdenkenden. De zeventien onschuldige burgers zijn blijkbaar niet voor niets gestorven.  

 

Recht op informatie en vrije meningsuiting

We hebben het de laatste dagen zo vaak gehoord: ‘Het recht op informatie en vrije meningsuiting is een fundamenteel mensenrecht en een essentiële voorwaarde voor een democratische samenleving.’ Daar is iedereen het mee eens en miljoenen mensen in Parijs en elders in de vrije wereld zijn voor het behoud daarvan de straat op gegaan. Met de aanslag op de redactie van Charlie Hebdo is dat recht op de meest fundamentele wijze geschonden. Tijdens deze dagen van spanning en opgewondenheid hebben we heel wat kritische geluiden opgevangen en stelt men zich vragen over de inhoud van het begrip vrijheid. Hebben cartoonisten, columnisten en journalisten dit begrip niet al te letterlijk opgevat? Grijpt men niet te gemakkelijk naar een maximale vrijheid? Een ware vrijheid is een vrijheid in gebondenheid anders ontstaat er losbandigheid. Geen enkele vrijheid laat toe dat de grenzen van fatsoen of respect worden overschreden. Het klinkt misschien vreemd dat volgens het Europees Hof voor de Rechten van de mens overdrijving en provocaties zijn toegestaan en dat een berichtgeving kwetsend, choquerend of verontrustend mag zijn. Het is niet omdat het juridisch mag, dat men het moet doen. Niet alleen Moslims, ook veel Europeanen zijn van mening dat de cartoons van Charlie Hebdo vaak te ver gingen en als wansmakelijk werden beoordeeld. Wat heeft de profeet Mohammed met de wandaden van deze terroristen te maken? Is het raadzaam om een gevestigde godsdienst zomaar te bespotten. Satire mag geen dekmantel zijn van onbegrensde vrijheid. Wij Europeanen zijn de religie ontgroeid, onze kerken lopen leeg en we voelen ons niet gekwetst als de spot wordt gedreven met christelijke figuren en gebruiken. Onze ouders en grootouders zouden dat nooit accepteren en zich daar ongelukkig bij voelen. In het Westen mist men de empathie om zich in een andere cultuur in te leven.

 

Er is geen bezwaar om meningen te laten botsen, ze te bekritiseren, aan te vechten of ermee te spotten zolang men geen laster verspreidt of aanzet tot haat. We zitten hier op een subjectief en emotioneel gevoelig terrein met onduidelijke grenzen. Het succes van een publicatie mag nooit ten koste gaan van het fatsoen. De redactie van Charlie Hebdo staat voor een moeilijke keuze. Men kan er mee stoppen, maar dat zou een overwinning zijn voor de terroristen, men kan ook verder gaan. Door dit tragisch gebeuren is dit blad, dat zijn ontstaan heeft gevonden in de studentenrevolutie van mei 1968, meer dan ooit bekend geraakt. Charlie Hebdo is nu al wereldwijd het symbool van de vrije meningsuiting geworden. Het tijdschrift verscheen nu op een bescheiden oplage van 60.000 exemplaren, wat weinig is bij een bevolking van zestig miljoen Fransen. Dit tijdschrift moet een nieuwe, maar vooral een positieve boodschap uitdragen, een boodschap van vrijheid, verdraagzaamheid en respect voor de maatschappelijke verscheidenheid en dat kan in de vorm van een satire. We kunnen ook hartelijk lachen met een goede kritische berichtgeving en gedurfde cartoons. Respect is de weg naar de echte vrijheid, een vrijheid in gebondenheid.